Rol van de programmabegroting

Inleiding

Voor u ligt de sluitende programmabegroting 2016. Dit is de tweede begroting die is opgesteld in deze coalitieperiode. Deze bevat de beleidsmatige vertaling van het Coalitieakkoord en de Strategische visie, onderverdeeld naar de vier beleidsprogramma’s Wonen, Werken, Leven en Organiseren. Met dit document wijst de raad middelen toe aan de vier programma’s en worden per programma bedragen geautoriseerd voor de uitvoering van de hierin genoemde activiteiten door het college van burgemeester en wethouders.

De ingeslagen koers van de begroting 2015 wordt gecontinueerd. We vinden het belangrijk dat de schuldpositie verder wordt teruggedrongen. Het weerstandsvermogen wordt versterkt om hiermee terug te keren naar het oorspronkelijke uitgangspunt van de nota Financieel gezond. Hiermee wordt de basis gelegd voor een gezonde en toekomstbestendige meerjarenbegroting.

Voor 2016-2018 geldt dat de financiële ruimte zeer beperkt is om het gewenste ambitieniveau waar te maken. Wij zijn van mening dat het onwenselijk is om de lokale lasten verder te verhogen
 en om op dit moment bezuinigen door te voeren in het sociaal domein. De doorgevoerde decentralisaties zijn ingrijpend geweest en we zitten samen met de zorgaanbieders nog midden in de implementatie van deze veranderopgave. Dit lijkt vooralsnog haalbaar binnen het vastgestelde budget. Eventuele verdere optimalisaties komen weer aan de orde nadat dit traject is afgerond. Ook wordt niet verder op de organisatie bezuinigd. We geven prioriteit aan het inrichten van de nieuwe duo+-organisatie en het aanpassen van de werkprocessen hierop. Evenals bij het sociaal domein geldt dat pas na volledige implementatie van het verandertraject nieuwe optimalisaties weer aan de orde komen.
Nieuw in deze begroting is de reservering van middelen voor de komende jaren voor toename van aanspraak op bijzondere bijstand. Dit heeft te maken met de groeiende opgave van het huisvesten van statushouders waar alle gemeenten hun aandeel in moeten leveren.

Om toch financiële ruimte te creëren is gekozen voor een aantal maatregelen.
Conform het amendement bij de Kadernota, heeft het college van burgemeester en wethouders ervoor gekozen om in een rustiger tempo in te groeien naar ratio 2. De decentralisaties en het project Dorpscentrum zijn belangrijke risico’s voor van de gemeente, hierover komt de komende 3 jaar meer duidelijkheid. Dan wordt ook duidelijk hoe de ratio in relatie tot het weerstandsvermogen zal ontwikkelen.

Daarnaast kiezen we ervoor een aantal uitgaven en investeringen uit te stellen. Daar waar dat op een verantwoorde wijze mogelijk is, worden onderdelen van het onderhoud van de openbare ruimte een jaar uitgesteld. Hoewel er een tijdelijke verlaging van het kwaliteitsniveau zichtbaar kan zijn, hoeft het beoogde maatschappelijk effect niet te worden bijgesteld. In 2016 wordt een start gemaakt met asset management. Met dit instrument worden, binnen door de raad aan te geven kaders, in een meerjarenplanning de prioriteiten bepaald voor planmatig en dagelijks onderhoud. Op basis hiervan kan de raad de hoogte van de jaarlijkse toevoeging van de voorziening bepalen.
Het maatschappelijk belang van de discussie over sporthal de Scheg vraagt om een zorgvuldig traject naar besluitvorming. Door de financiële vertaling van de investering door te schuiven naar achteren wordt recht gedaan aan het belang om deze discussie zorgvuldig te voeren en komt er meer lucht in de begroting.

Met deze ontwikkelingen en genomen maatregelen ontstaat er voldoende ruimte voor een financieel gezonde en toekomstbestendige begroting.